donderdag 17 september 2015

Draai, hart

in een lichaam draait een hart
hart
draai
draai
in een hart draait een schild
draai
hart
draai
gelijk een wichelroede wordt het misbruikt
hart
richt
-
achter hemelsbrede schouders vindt ze sterren
hart
o!
hart!
nacht blaast ze uit haar vuist
muzieknoten
zandkorrels
veren dwarrelen op je buik

...

tussen de wind
kleurt het paarsrood
gouden graanvelden
onder zee
hart
draai
draai

zaterdag 9 mei 2015

De vogelsjamaan (work in progress)

Het begon allemaal op het moment dat de verguisde Benji zijn schoentje in een diepe waterput is verloren, op een warme zomermiddag, 1954. De jongen had een bleek gelaat, waar voor een buitenstaander overigens niet veel van te zien was. Over zijn gezicht was een gewaad gespreid, met daarop vlekken, borduursels en gaas, dat hem voor een groot deel zijn zicht benam. De vlekken kwamen voort uit een oeroude traditie dat overgeheveld werd van generatie op generatie. In het curieuze en nabije dorp verzamelden de mensen allerlei stoffen en oude kranten als canvas en werden gehele familiewapens gecreƫerd uit een specifieke waterverf. De vlekken op zijn gewaad waren het resultaat van de vingerbewegingen van zijn dorpgenoten en vormden een verminkte rorschach plaat op zijn gezicht.
Aan de rand van het dorp naast een akkerveld met daarop drie vogelverschrikkers stond een oude hut, waarin Benji vogels verzamelde en hield. Van kanaries tot oehoes, van paradijsvogels tot witte duiven. Niemand begreep echter, waarom Benji zoveel vogels hield. Iedere volle maan of wanneer hij tijdens een potje schaak zijn imaginaire tegenstander schaakmat zette, liet hij een van zijn vele vogels vrij. Voor dit ritueel had hij drie poorten geconstrueerd uit riet, respectievelijk wit, rood en blauw. Koos de vogel voor de witte poort, dan stond hem een lang leven te wachten vol geluk en wijsheid. Koos de vogel voor de rode poort, dan zou hem dood en verderf te wachten staan. Koos de vogel voor de blauwe poort, dan zou de vogel getransformeerd worden naar een andere wereld. Echter, dit was de bedoeling van de poorten. Wat Benji echter ontging, was dat de vogels de zorgvuldig gemaakte regels aan hun laars lapten, waardoor de verschillende soorten poorten geen enkele invloed op het leven van de vogels hadden. De vogels gingen de weg van de natuur.
Voor we verder afdwalen in de alledaagse bezigheden van Benji, is er belangrijk detail op te merken, dat tot gevolg had dat Benji zijn schoen en daarmee tegelijkertijd zijn voetstappen verloren is geraakt. Aanleiding hiervan waren de naar school gaande kinderen die tweemaal daags kiezelstenen gooiden naar de drie onschuldige en ongelukkige vogelverschrikkers, tot groot verdriet van onze vogel liefhebbende Benji. De vogelverschrikkers waren volgens hem de hoeders van de balans tussen de akker en de vogels, dat de kinderen ruw verstoorden. Tweemaal daags kwam Benji met zijn pamfletten en schild naar de plek des onheils om zijn helden te verdedigen en de kinderen te waarschuwen voor het grote onheil dat ze te wachten stond.
„Vertrek als de wiedeweerga naar waar gij vandaan zijt gekomen! Een grote rots zal genadeloos op jullie neer deinen als het gewicht van de wereld zelve!”, waarbij hij om iedere 4 woorden 3 keer op zijn grote trom sloeg. "Boem! Bam! Bim!" Vanwege het gewaad over zijn gezicht was er echter niet veel meer te verstaan van zijn boodschap, behalve wat gemompel en zo werd hij overstemd door de schreeuwende kinderen die hem allen uit vloekten.
„Loop naar de maan, malloot!”
„Huilebalk!”
„Uitgedroogde mummie!”
En zo bogen de vogelverschrikkers iedere dag een beetje verder door, waardoor Benji niet alleen meer de stenen had te verduren, maar op den duur ook vogels, die onbehouwen de akker leeg plukten. Benji, die onvermoeid doorging met zijn preken, werd op een gegeven moment door de kinderen beetgepakt en door elkaar geschud, waarbij zijn gewaad van zijn gezicht gleed en de kinderen in koor een gil gaven. Zelfs de vogelverschrikkers deinden verder achteruit. „Alle duivels!” klonk het op uit de groep en de kinderen vluchtten weg. Benji's gelaat was zo bleek als witte krijtrotsen en had nog het meeste weg van een verlaten maanlandschap. Zijn ziel kraaide en kraste en uit zijn mond kwam gepiep en gekraak.
alle zielen ontsproten van de aarde, een bloem in ieder hart groeit, voelt zacht fluweel, een zachte bries in de wind een kalme stroom omringt ons hart
Benji merkte dat hij gedurende alle kabaal een van zijn fijngemaakte vederen schoentjes verloren was en droop af naar zijn hut. Wolken drongen door aan de heldere hemel. Een roodachtige schemering nam haar plaats in. Het asfalt prikkelde en brandde onder Benji's voet. Hij sloeg zijn gewaad over zijn hoofd, terug op zijn vertrouwde plek. Voorzichtig ademde hij de verkoelde lucht die de verse schaduwen met zich meebrachten. Hij was als vastgenageld aan de grond blijven staan en kon geen stap meer verzetten.
een ronde weg groeit links en dan rechts van de maan een weg naar hoge terreinen van het bewustzijn, strepen wijzen een weg, weg van het stof
Door de piepkleine gaten in het gewaad sloeg hij de oude put tegenover de akker gade, waarvandaan hij hoongelach op hoorde stijgen.
"Gooi hem erin! Gooi hem erin!"
Door zijn adelaarsogen zag hij in de verte een van de kinderen zijn schoen in zijn hand houden en de kinderen om hem heen moedigden hem luid en olijk aan.
groen gevederte groeit tussen de lanen tot diep onder de grond, het magma stolt en zal altijd stollen 
De schoen werd in de lucht gelanceerd en dwarrelde beetje bij beetje verder de put in tot een zacht plompgeluid te horen was. De buikjes van de kinderen schudden heen en weer. Dreigend en schommelend kwamen de kinderen stap voor stap dichterbij onze Benji, bleven even voor hem staan om hem te aanschouwen, en tilden hem met zijn allen op. "Laat die verdomde trommel toch hier!" Ze zwierden hem heen en weer, gooiden en in de lucht en riepen in koor:
"Hoera!"
de aarde heeft zich verwisseld met de lucht, alleen in beiden is de echte waarheid te vinden
In cirkels kwamen ze steeds dichterbij de put. Een plotselinge hitte daalde neer. Benji werd bij zijn kraag gepakt, naar de rand van de put gebracht en er op gewezen dat zijn schoentje diep in die donkere cirkel lag. Het hoongelach keerde terug. Een jongen, lichtgebouwd, met blanke ogen als parels, spuugde in de put. Hij telde twee seconden totdat er een gespat te horen was, helder als kristal. Alle kinderen stonden nu om de put heen gebogen en aanschouwden aandachtig het diepe zwart dat de put wist te dragen. "Moeder zegt dat ie uit de as is opgerezen." Benji keek op en wist zich los te rukken, maar stond wederom als aan de grond genageld. Verbaasd keken de kinderen hem aan. Alle oogjes verplaatsten zich naar zijn voet. "Kijk eens, wat rood ie is!"

vrijdag 6 februari 2015

Koningin van glas

je plek om te schuilen is een hoek in de zee
schuilen onder een golf waar je een publieke terechtstelling bijwoont
waar ze zebrastrepen schilderen op je buik
voeten drenken in glassplinters

je bent een heilige op kruistocht
rollen door een glazen zee is een studie waar je je mee bezig houdt
waar je je ganse leven aan wijdt
waar je kroonluchters zegent met wijn

je geliefden zijn in lakens gewikkelde panters
ze dwalen over je plafond
leren je duiken onder witte mos
onder tegels waar je in verdwijnt

schaakpatronen lossen je allerlaatste wens in
ze rijden je in een koets
als een zwarte geestverschijning
naar je gekoesterde koningin van glas